Fretten zijn hele leuke en lieve huisdieren. Ze kunnen zo heerlijk springen wat wel de “crazy weasel (war) dance” wordt genoemd. Ze zijn aanhankelijk, speels, slim en ze vragen om aandacht en willen lekker geknuffeld of opgepakt worden. Soms dagen ze je uit om met ze te spelen. Ze voelen meestal lekker zacht en donzig aan maar als een fret nog niet gecastreerd is, voelt de vacht wat vettig en stug aan.
Fretten zijn redelijk zindelijk. De meeste fretten doen hun behoefte netjes op de kattenbak als ze in hun kooi zijn. Lopen de fretten echter los in de woonkamer dan wil er wel eens een ongelukje gebeuren uit de buurt van de kattenbak. Het beste is om ze van jongs af aan goed op te voeden maar op iets latere leeftijd kan dat gelukkig ook nog wel. Soms zijn ze hardleers.
Natuurlijk zijn er op bovengenoemde punten uitzonderingen. Zo kan een fret bijvoorbeeld ook bijten. Meestal doen ze dat uit angst als ze van straat komen en in de opvang belanden, of als ze in hun jeugd niet voldoende contact hebben gehad met de mens. Vaak duurt dit maar een korte tijd. Ze kunnen ook bijten, gewoon simpel weg, omdat het een roofdier is van oorsprong. Eigenlijk is het hetzelfde als bij een kat.
Laat jouw nieuwe fretten eerst aan alles wennen. Aan hun nieuwe omgeving, de geluidjes en geurtjes maar ook aan jezelf. Na enige tijd zijn de fretten aan jou en hun nieuwe omgeving gewend. Intussen weet jij ook wanneer en waarom je fretten iets doen. Je leert hun streken kennen, waar ze dingen verstoppen e.d.
Zoals de hond en de kat is ook de fret een roofdier en kan daarom samen in één omgeving leven. Het moet echter wel klikken maar dat geldt voor de hond en/of de kat ook. Zo kan het ook dat fretten onderling niet klikken met elkaar.
Veel mensen weten niet dat een fret een huisdier is en hebben nog nooit een fret gezien. Een fret hoort absoluut niet op straat. De kans op overleven is zeer gering tot nihil. Gelukkig is een fret zeer nieuwsgierig en sluit zich vaak bij de mens aan. Veelal loopt een fret die ontsnapt is een ander huis binnen of een tuin en wordt wel gevonden. Helaas gebeurt dat niet altijd.
Als je een fret wilt aanschaffen, houd er dan rekening mee dat het beter is om er twee te nemen zodat de diertjes elkaar gezelschap kunnen houden. Zorg ervoor dat je tijd hebt om de fretten minstens 2x op een dag aandacht te geven en ze uit de kooi te laten. Zorg dat het veilig is in huis omdat een fret zeer nieuwsgierig is en overal in, over, onder en doorheen kruipt. Ze vinden het bijvoorbeeld heerlijk om tussen het wasgoed te gaan slapen. Als u daar geen erg in hebt dan zou de fret wel eens meegewassen kunnen worden wat verdrinking tot gevolg heeft. Zo kruipen ze ook in de vaatwasser, in kastjes en laden. Bedenk maar zo, dat waar je denkt dat een fret niet komen kan, komt hij. Het enige wat hij niet kan is hoog springen zoals een kat dat kan. Toch is het met enige creativiteit niet moeilijk om een huis fretproof te maken.
Een stukje geschiedenis
De Latijnse naam voor fret is Mustela Putorius Furo. Mustela geeft aan dat de fret familie is van de wezelachtige zoals bijvoorbeeld de hermelijn, de wezel, de boom- en steenmarter en ook de bunzing. Putorius staat voor bunzing en daarmee is duidelijk dat deze nauw verwant is met de fret. Furo is het deel van de naam dat alleen voor het fretje geldt.
De fret stamt af van de bunzing en is reeds vóór de Romeinse tijd gedomesticeerd oftewel, werd toen al als huisdier gehouden. Dit domesticatieproces heeft honderden jaren geduurd. De Romeinse tijd werd volgens de legende gesticht op 21 april 753 v. Chr. Dus zo een 2700 jaar geleden waren er al fretten. In die tijd werd er met fretten gejaagd (ook wel fretteren genoemd) veelal op konijnen, om “brood” op tafel te krijgen en voor de vacht. Een particulier die met een fret jaagt komt nog maar zelden voor. Men heeft daar de vereiste vergunning voor nodig en het verkrijgen daarvan is niet makkelijk of altijd mogelijk. Bovendien heeft men om te fretteren een hoop kennis nodig.
In een klein gebied in Nieuw Zeeland, waar geen andere roofdieren leven en de omstandigheden erg gunstig zijn, houdt een groepje verwilderde fretjes stand. In Amerika leeft een, bijna uitgestorven, bunzingsoort die daar Blackfooted Ferret wordt genoemd oftewel “zwartvoet fret“ en lijkt absoluut niet op onze gedomesticeerde fret.